Als Vermeer-liefhebber is het Mauritshuis in Den Haag voor mij het mooiste
museum ter wereld; in het bijzonder de Vermeerzaal, waarin het Meisje met
de Parel en Het Gezicht op Delft te bewonderen zijn. Vermeer is de beste
ambassadeur in het buitenland, die Nederland zich wensen kan. De Hollandse
schilderkunst behoort met meesters als Vermeer, Rembrandt, Van Gogh en
Mondriaan tot de absolute wereldtop. Als er iets is, waarop wij Nederlan-
ders trots op kunnen zijn, zijn het onze schilders.
“Depuis que j’ai vu
au musée de La Haye
la Vue de Delft de Vermeer,
j’ai su que j’avais vu
le plus beau tableau du monde”
Marcel Proust
Het Haagse Mauritshuis ligt als een juwelendoos in de gouden gloed van de
avondzon aan het spiegelende water van de Hofvijver, met vlak daarnaast
het Torentje, met de werkkamer van de minister-president van Nederland.
Wat mij betreft is het Mauritshuis het ultieme Vermeermuseum. Nergens ko-
men de schilderijen van Vermeer mooier tot hun recht dan hier. Voor iede-
re Vermeerliefhebber is de grote Vermeertentoonstelling in 1996 in het
Mauritshuis met maar liefst 23 Vermeer-schilderijen, ruim tweederde van
zijn hele oeuvre, een absoluut hoogtepunt, een “once in a lifetime”-er-
varing.
De grote trekpleister in het Mauritshuis is natuurlijk Vermeer’s Meisje
met de Parel uit 1665. Ze is bijna het logo van het museum geworden, een
universeel icoon. De roman “Girl With a Pearl Earring” van de Brits/Ameri-
kaanse schrijfster Tracy Chevalier en de gelijknamige film uit 2003 met
Scarlett Johansson hebben de wereldwijde iconische status van dit schil-
derij alleen nog maar vergroot. Wat Leonardo’s Mona Lisa is voor het
Louvre in Parijs, is het Meisje met de Parel van Vermeer voor het Mau-
ritshuis in Den Haag.
Boven de deur, waardoor de bezoeker de Vermeerzaal betreedt, hangt het
schilderij Trompe l’oeil met Venusbuste uit 1665 van Caesar van Everdin-
gen. Vermeer had in zijn eigen kunstverzameling een (overigens niet be-
waard gebleven) Cupido-schilderij van Caesar van Everdingen, een liefdes-
god, die hij in enkele van zijn interieurschilderijen afgebeeld heeft.
Vermeer’s Meisje met de Parel wordt in de Vermeerzaal geflankeerd door
twee fraaie schilderijen van Gerard Ter Borch: Een moeder die het haar
van haar kind kamt, ook wel bekend als ‘De luizenjacht’, uit 1652–53 en
De Briefschrijfster uit 1655. Net als Vermeer weet Ter Borch in deze
schilderijen heel goed de verstilde concentratie en zelfvergeten toewij-
ding van deze vrouwen te vangen.
Als vage tijdelijke schimmen bewegen bezoekers zich in de bovenstaande
video-still in de Vermeerzaal temidden van de schoonheid van tijdloze
meesterwerken van de Hollandse schilderkunst, van meesters als Vermeer,
Ter Borch, Van Mieris, Metsu, Saenredam, De Witte en Van Everdingen.
Precies tegenover elkaar in de midden-zichtlijn van de zaal hangen Ver-
meer’s Meisje met de Parel en het Gezicht op Delft.
Aan de lange zijde van de Vermeer-zaal hangen vijf werken van Vermeer’s
tijdgenoten, waaronder drie schilderijen van de Leidse fijnschilder Frans
van Mieris: de Bordeelscene uit 1658-59, het Oestermaal uit 1661 en Hond-
jes Plagen uit 1660. De rode met wit bont afgezette jakjes zien we ook
terug in schilderijen van Vermeer, in het gele jakje met hermelijnbont,
zo typisch voor Vermeer.
Tussen de drie werken van Van Mieris hangen “De Onwelkome Boodschap” uit
1653 van Gerard Ter Borch en “Een Jonge Vrouw die Muziek schrijft” uit
1664 van Gabriel Metsu. Ter Borch is een fenomenaal figuur-schilder, maar
voor mij is het Metsu die in zijn beste werk het dichtst bij Vermeer komt.
Van Mieris is een echte fijnschilder, in de Leidse fijnschildertraditie
van Gerard Dou, waarbij de minitieuze weergave van elk detail voorop
staat. Vermeer heeft het vermogen om de dingen juist “groot te zien” en
streeft vooral een overtuigende impressionistische lichtweergave na. Zijn
lichtende, kleurrijke doeken overstralen de wat donkere schilderijen van
zijn tijdgenoten.
Boven de deur, waardoor de bezoeker de Vermeerzaal verlaat, hangt een
kerkinterieur-schilderij: Interieur van een Gefantaseerde Katholieke Kerk
uit 1668 van Emanuel de Witte, een Delftse stads- en tijdgenoot van
Vermeer.
Het licht in Vermeer’s Gezicht op Delft is zo overtuigend en levensecht,
dat het lijkt alsof je door een openstaand raam in de zaal naar buiten
kijkt. Het is als het leven zelf: licht, kleurrijk en doorzichtig.
Een meeslepend meesterwerk, alleen al vanwege die prachtige Hollandse
wolkenlucht.
Vermeer’s Gezicht op Delft uit 1660 wordt geflankeerd door twee schilde-
rijen van de Haarlemse “kerkenschilder” Pieter Jansz. Saenredam: De Maria-
plaats met de Mariakerk in Utrecht uit 1659 en Interieur van de Cunera-
kerk in Rhenen uit 1655. Saenredam’s kleurgebruik is ingetogen, maar
zijn werk is licht van toon, net als bij Vermeer. Die tere tonaliteit
laat zijn voorstellingen als het ware in de ruimte zweven, bijna onstof-
felijk, losgezongen van de wetten van de zwaartekracht.
Tussen de twee grote ramen van de Vermeer-zaal hangt de derde Vermeer:
“Diana en haar Gezellinnen”, ook wel Diana en haar Nimfen genoemd, een
“atypische” vroege Vermeer uit 1653-54.
Vermeer lijkt zich in dit schilderij vooral door Italiaans/Venetiaanse
voorbeelden te hebben laten inspireren. Vermeer onderscheidt zich van de
donkere en in gedempte kleuren geschilderde werken van zijn Hollandse
tijdgenoten door zijn heldere licht en sprekende kleuren. Vermeer bracht
Italiaans licht en kleur in de Hollandse schilderkunst. In de Vermeerzaal
is goed te zien hoe Vermeers doeken tussen zijn tijdgenoten meteen in
het oog springen, naar voren komen en er bovenuit stralen als kleurrijke
lichtbeelden. Als een soort “Italië in Holland”.
Catherine Middleton, de Duchess of Cambridge en echtgenote van prins Wil-
liam, de troonopvolger van het Engelse koningshuis, voor Vermeer’s Meisje
met de Parel in de Vermeerzaal van het Mauritshuis. Aristocratische al-
lure in een aristocratische omgeving. Vermeer’s werk straalt een unieke,
eigen, natuurlijke vorm van innerlijke aristocratie uit. Om de prachtige
woorden van Earl Charles Spencer te parafraseren in zijn beroemde toe-
spraak waarin hij zijn in 1997 op tragische wijze om het leven gekomen
zus Lady Diana herdacht: “Vermeer was someone with a natural nobility,
who was classless and proved that he needed no royal title to continue
to generate his particular brand of magic”.
Terwijl de Corona-pandemie de wereld teistert, zijn het onzekere en moei-
lijke tijden. Het Mauritshuis biedt nu de mogelijkheid om gedurende
tien minuten “Alleen met Vermeer” te zijn. Alsof je in je eentje in een
“Vermeer-bioscoop” zit. Licht, liefde en stilte in een tijd van toene-
mende dreiging, chaos en verwarring. In tijden van duisternis is er het
licht van Vermeer om hoop, troost en inspiratie uit te putten. Het ge-
voel mee te geven van “Alles komt goed”.
Op YouTube is deze video te zien: Vermeer – Gezicht op Delft – Een
introductie:
Op YouTube mag de Haagse zanger Harrie Jekkers in het Mauritshuis een
schilderij uitkiezen om er zelf een lied over te maken. “Godskolere,
wat is dat mooi !” in zijn kenmerkende Haagse tongval is zijn reactie
bij het zien van het Gezicht op Delft:
Ook op YouTube deze video met een andere benadering, die van Marcel
Proust, de beroemde Franse romanschrijver: